Wanneer u een bijstandsuitkering ontvangt op basis van de Participatiewet heeft u een informatieplicht ten opzichte van de gemeente. Dit betekent onder andere dat u al uw inkomsten, bijverdiensten en veranderingen omtrent uw leefsituatie (u gaat bijvoorbeeld samenwonen) aan de gemeente moet doorgeven. De gemeente bepaalt de invloed van de wijzigingen op de hoogte van uw uitkering.

Wanneer u dit nalaat te doen, kan de gemeente de door u ontvangen bedragen aan uitkeringen terugvorderen. Als de gemeente van mening is dat u opzettelijk inkomsten verzwijgt dan wel opzettelijk onjuiste informatie omtrent uw leefsituatie verschaft, kan de gemeente tevens aangifte doen en kunt u strafrechtelijk worden vervolgd voor uitkeringsfraude.

De terugvorderingsprocedure door de gemeente en de strafrechtelijke vervolging door het Openbaar Ministerie zijn twee procedures die naast elkaar tegen u kunnen gaan lopen.

Indien u wordt vrijgesproken van uitkeringsfraude in de strafrechtelijke procedure betekent dit niet automatisch dat de gemeente de door u ontvangen bedragen aan bijstandsuitkeringen niet mag terugvorderen. De bestuursrechtelijke terugvorderingsprocedure van de gemeente en de strafrechtelijke vervolging door het Openbaar Ministerie staan in principe los van elkaar, maar toch niet helemaal.

In recente jurisprudentie van de Centrale Raad van Beroep is bepaald dat een strafrechtelijke vrijspraak aanleiding kan zijn voor gemeente om terug te komen op een eerder besluit om uw uitkering terug te vorderen. Dit zal echter steeds afhankelijk zijn van uw specifieke situatie.

Volgens deze recente jurisprudentie moet een gemeente inhoudelijk beoordelen of de strafrechtelijke vrijspraak aanleiding geeft om het oorspronkelijke besluit om de uitkering terug te vorderen te herzien. Wanneer er een straf- en een bestuursrechtelijke procedure tegen u loopt wegens vermeende uitkeringsfraude kan een vrijspraak in de strafrechtelijke procedure u dus wel degelijk helpen in de terugvorderingsprocedure bij de gemeente.